Inleiding
Investeringsagenda
Tegelijkertijd met de uitvraag voor de Voorjaarsnota 2024 is ook de Investeringsagenda geactualiseerd.
Omdat de realisatie van investeringsprojecten achter blijft ten opzichte van de ramingen is specifiek aandacht gevraagd voor het totaal geraamde investeringsvolume per jaarschijf. Met de vraag of het investeringsvolume te realiseren is door de organisatie?
Aandachtspunt hierbij is dat te vaak hoge investeringsbedragen een jaar worden doorgeschoven. Als investeringen later worden uitgevoerd, heeft dit directe gevolgen voor de hoogte van onze rente- en afschrijvingslasten. En bij latere realisatie wordt onnodig beslag gelegd op financiële middelen.
Uitgangspunten voor de actualisering van de Investeringsagenda zijn:
- We nemen alle verhogingen mee voor zover het ontwikkelingen zijn die onontkoombaar / autonoom zijn
- Indien er sprake is van scenario’s of inhoudelijke / scope wijziging van de investering, dan bedrag opnemen van verwacht te kiezen scenario. Toelichting van de ontwikkeling met uitleg scenario en impact op het krediet (aparte BBV’s met kredietaanvraag zijn hiervoor altijd noodzakelijk).
- Overschrijdingen van lopende investeringen meer dan 25% van het krediet of hoger dan € 100.000 altijd apart raadsvoorstel.
Om verschillende redenen zijn kredieten aangepast bij de actualisatie van 2024. In de verschillende overzichten zijn per reden categorie de kredietaanpassingen opgenomen, welke vervolgens per investering nader worden toegelicht.
IHP herijking 30% verhoging
De financiële kaders uit het Integraal Huisvestingsplan Primair Onderwijs 2020-2040 sluiten niet meer aan bij de huidige beleids- en financiële kaders. Door het toepassen van nieuwe uitgangspunten zoals hogere ambitie frisse scholen, flexibele indeelbaarheid van de schoolgebouwen, werkplekken in de verkeersruimten, verbetering esthetische kwaliteit en toepassen van regiotoeslag in de kostenconfigurator van HEVO, wordt de normvergoeding voor scholen hoger.
KAM 15% verhoging
Bij de initiële raming (SSK-raming) van het MUP-KAM werd uitgegaan van de op dat moment geldende tarieven en beleidskaders. Inmiddels zijn we tot de conclusie gekomen dat deze ramingen niet realistisch zijn. Dit is onder ander te wijten aan invoering Omgevingswet, nieuw participatiebeleid en personele inhuur voor projecten. De financiële haalbaarheid van de werkzaamheden worden bij opdrachtverstrekking getoetst. Zonder adequate ramingen van de investeringen (verhoging van het krediet) zal dit leiden tot significante vertragingen in de uitvoering van de werkzaamheden. Bij de actualisatie van de investeringsagenda is daarom gekozen om alle hoofdprogramma’s van het KAM op te hogen met 15%. Dit doen we om realistisch te ramen en hiermee wordt de komende jaren de stijging van de lasten ondervangen.
Voor zowel de herijking IHP als de KAM verhoging worden aparte raadsvoorstellen opgesteld.