Ga naar de inhoud van deze pagina.
Voorjaarsnota 2024 Voorjaarsnota 2024

8 Volkshuisvesting en leefomgeving

Ontwikkelingen

Ruimte en leefomgeving (taakveld 8.1)
Gezien de grote ruimtelijke uitdagingen waar Katwijk voor staat werken we aan een Ruimtelijke Strategie. Dit is een werkwijze om de grote opgaven van Katwijk samen te brengen zodat we op strategisch niveau de juiste keuzes maken en ontwikkelingen mogelijk maken. Werkende weg verbinden we projecten en opgaven die met elkaar samenhangen. De strategie helpt ons ook om keuzes te maken en te prioriteren. Katwijk is een gemeente met hoge ambities, tegelijk komt ook vanuit de omgeving veel op ons af. De Omgevingswet, de energie- en mobiliteitstransitie, realiseren van betaalbare woningbouw en bijbehorende voorzieningen, een goede groenblauwe structuur, huisvesten van bedrijven en de gebiedsontwikkeling Valkenhorst zijn hiervan belangrijke voorbeelden. We werken veel en goed samen met onze buurgemeentes, en in de regio. Om die taken goed in te vullen, en om de kwaliteit van de leefomgeving in stand te houden en zelfs te verbeteren, is het nodig om als uitwerking van deze Ruimtelijke Strategie de komende jaren integrale ruimtelijke gebiedsvisies op te stellen. Hier is in de begroting nog geen rekening mee gehouden.

Op 1 januari 2024 is de Omgevingswet in werking getreden. We werken verder aan de producten en processen die bij deze wet horen. Daarvoor zetten we de eigen middelen in, aangevuld met de incidentele middelen die we van het rijk voor dit doel hebben gekregen. In de uitvoering treden een aantal bijzonderheden op, die extra financiële consequenties hebben.

  • Met de pilot omgevingsplan Hoornes wordt in 2024 de standaard voor de opbouw en inhoud uitgedacht als basis voor het nieuwe gemeentebrede omgevingsplan dat in 2032 helemaal klaar moet zijn. Dit vraagt om breed begrip en commitment in de organisatie. Om dit te bereiken wordt de organisatie hierin goed meegenomen en al doende wordt geleerd wat dit nieuwe instrument betekent voor de verschillende werkvelden. De extra investering verdient zich op langere termijn mogelijk terug doordat het pilotplan een gedegen en breed gedragen basis voor het bouwen van het gehele omgevingsplan biedt. Bovendien is een goed Omgevingsplan de randvoorwaarde voor de ontwikkelingen die we wensen. We moeten dus meer energie aan de voorkant inzetten, waardoor er later in de uitvoering winst kan worden geboekt. Maar tot het zo ver is, zullen we meer inzet moeten plegen.
  • In de nieuwe Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit worden erfgoed- en welstandsadvies samengevoegd. Het is nodig om daarvoor in een actueel en eenduidig toetsingskader te voorzien dat ook aansluit op het omgevingsplan.
  • We hebben sinds 2018, geactualiseerd in 2021 een Omgevingsvisie. Deze moet nog wel worden uitgewerkt in de technische publicatie-eisen van het digitaal stelsel Omgevingswet. Ook hebben we afgesproken dat periodieke monitoring en herijking zal plaatsvinden (o.a. foto van de leefomgeving). Daarbij gaan we uit van een vierjaarlijkse cyclus. Dit betekent dat dit in 2025/2026 aan de orde is. Daarmee voldoen we ook aan de planning die het Rijk hanteert voor een definitief vastgestelde Omgevingsvisie (1 januari 2027)
  • De intake- en omgevingstafel vormen het hart van de nieuwe werkwijzen. Hier vindt de afweging van wenselijkheid en haalbaarheid van initiatieven plaats en worden de besluitvormingsprocessen gestroomlijnd. Om tijdige en integrale advisering te waarborgen blijkt procesregie een noodzakelijke toevoeging aan de tafels. Dit doen we de komende drie jaar door de inzet van tijdelijke middelen. Het kan echter mogelijk blijken dat deze procesbegeleiding ook na 2026 nodig is. Dit zal blijken uit een evaluatie die in 2025/2026 moet plaatsvinden.

Grondexploitatie (niet-bedrijventerreinen, taakveld 8.2)
Het voeren van grondbeleid is geen doel op zich. Grondbeleid is ondersteunend in de realisatie van gemeentelijke beleidsdoelen zoals die onder andere in de (uitvoeringsagenda van de) omgevingsvisie, de woonagenda en de maatschappelijke agenda zijn geformuleerd. In dit programma zijn de grondexploitaties hoofdzakelijk ondersteunend aan taakveld 8.3 Wonen en bouwen. Dit gebeurt door het beschikbaar stellen van bouwkavels voor woningbouw. Het aantal gemeentelijke grondexploitaties voor woningbouw neemt af. Er wordt meer overgelaten aan particulier initiatief. Als gevolg hiervan neemt ook de uitgifte van bouwkavels af. In de projecten De Horn, Hof Korte Vaart (Knarrenhof) en Kavel van Lierestraat (zorgwoningen) moeten nog bouwkavels worden verkocht voor 81 respectievelijk 25 en 60 wooneenheden. Afhankelijk van de voortgang van onderhandelingen, de te doorlopen planologisches procedures en het bouwrijpmaken zal een deel van de opbrengsten in 2024 verantwoord kunnen worden. De rest zal doorschuiven naar 2025.

Wonen en bouwen (taakveld 8.3)
Het woningtekort in Nederland is onverminderd groot. Voor het Rijk is het grote woningtekort aanleiding geweest het volkshuisvestingstelsel te vernieuwen, de regie te pakken en meer centraal te gaan sturen op de woningmarkt. Deze toegenomen overheidssturing leidt tot een veelheid aan beleidsprogramma’s, nieuwe wetgeving en afspraken tussen overheden, corporaties en nuts- en marktpartijen. Nieuwe wetgeving die in 2024 en 2025 uitwerking zullen vragen van de gemeente zijn:

  • Met de Wet versterking regie volkshuisvesting die in 2024 in moet gaan wil het Rijk gemeenten in staat stellen ervoor te zorgen dat er voldoende woningen voor de juiste mensen gebouwd worden. De wet richt zich op drie doelen: regie op aantallen woningen en locaties; regie op voldoende betaalbare woningen en de toewijzing aan urgenten; en het verstevigen en afdwingbaar maken van lokale prestatieafspraken. Daarnaast bevat de wet voorstellen voor het versnellen van beroepsprocedures: voortaan nog maar bij één instantie en binnen 6 maanden.
  • De Wet goed verhuurderschap geeft gemeenten een belangrijke rol bij het bevorderen van goed verhuurderschap, met behulp van een meldpunt voor klachten, de handhaving van bepaalde regels waar verhuurders zich aan dienen te houden, het instellen van een vergunningsplicht voor de verhuur van verblijfsruimten aan arbeidsmigranten. Katwijk zal op basis van het aantal meldingen, klachten en handhavingsverzoeken in 2024 nader bekijken of het wenselijk is een vergunningplicht in te stellen.
  • De wijziging van de Huisvestingswet 2014 maakt het mogelijk om 50% van de betaalbare huur- en koopwoningen toe te wijzen aan ingezetenen van de gemeente. Hiermee kunnen we veel beter sturen op het oplossen van volkshuisvestelijke knelpunten. De wet maakt het ook mogelijk om cruciale beroepsgroepen aan te merken en die voorrang te geven bij het toewijzen van woningen. in 2024 wordt gewerkt aan een verordening op grond waarvan ook betaalbare nieuwbouw koopwoningen met voorrang kunnen worden toegewezen aan bepaalde doelgroepen.
  • Met de invoering van de Wet betaalbare huur gaat het Rijk voor het eerst sturen op de maximale prijsgrens voor de zogeheten middeldure huurwoningen. Huurders van deze woningen krijgen een betere huurbescherming, kunnen aankloppen en bij de Huurcommissie. Maar ook gemeenten krijgen een handhavende rol als verhuurders boven de maximale huurprijs verhuren.

De sturingsinstrumenten die beschikbaar komen worden uitgewerkt en waar dat gewenst is lokaal in beleid of regelgeving verankerd. Ondanks alle mogelijkheden voor de gemeente om de woningmarkt het zetje in de juiste richting te geven, blijft het moeilijk om de woningbouwproductie op te schroeven. De onderliggende problematiek is complex. Er zijn steeds meer kritische succesfactoren op flankerende gebieden die randvoorwaardelijk zijn om te kunnen bouwen, zoals mobiliteit, stikstof, energie en water.

Vanaf 2026 wordt het gemeentelijke woonbeleid ondergebracht onder de Omgevingswet. De Woonagenda als gemeentelijk kader op het gebied van volkshuisvesting zal dan komen te vervallen. Deze wordt vervangen door een Volkshuisvestingsprogramma.

Financiële mutaties

Bedragen x € 1.000 / - = nadeel, + = voordeel / I = incidenteel, S = structureel / L=lasten, B= baten

Taakveld

Volgnr

Omschrijving

I/S

L/B

2024

2025

2026

2027

2028



Autonome ontwikkelingen: mutaties groter dan € 50.000








8.1

AG2

Herijking ontwikkelkader en participatie Rijnsburg Noord

I

L

-148

-80




0.10

AG2

Beschikking bestemmingsreserve Strategische Investeringen voor dekking herijking ontwikkelkader en participatie Rijnsburg Noord

I

B

148

80






Totaal autonoom beleid >50K



-

-

-

-

-













Autonome ontwikkelingen: mutaties kleiner dan € 50.000








8.3

AK1

Uitwerking wetswijziging lokale toewijzing betaalbare koop en huur

I

L

-40





8.3

AK2

Communicatie over het meldpunt voor goed verhuurderschap, afhandeling van
meldingen en de handhaving.

I

L


-20

PM

PM

PM

0.10

AK2

Inzet bestemmingsreserve wonen voor dekking meldpunt goed verhuurderschap

I

B


20

PM

PM

PM

8.1

AK3

Actualisatie welstandsnota

I

L

-40





8.1

AK4

Actualisatie omgevingsvisie

I

L


-40

-40



8.1

AK5

Afwikkeling beëindigingsovereenkomst Trappenberg Kloosterschuur

I

B

-17





8.1

AK6

Niet verhaalbare plankosten Zanderij Westerbaan

I

L

-18





8.1

AK7

Onderzoek optimalisatie parkeren Hof van Rijnsburg

I

L

-13





8.1

AK7

Onttrekking reserve parkeren t.b.v. optimalisatie parkeren Hof van Rijnsburg

I

B

13





8.3

AK8

O rganiseren doorstroomteam ouderenhuisvesting

I

L


-50

-50





Totaal autonoom beleid <50K



-115

-90

-90

-

-













Nieuw beleid








8.3

N1

Opstellen Volkshuisvestingsprogramma

I

L


-30




8.1

N2

Opstellen gebiedsvisies

S

L

-50

-50

-50

-50

-50



Totaal nieuw beleid



-50

-80

-50

-50

-50













Totaal budgettair neutrale mutaties (zie bijlage)



35

-20

-105

-105

-105













Totaal saldi programma 8



-200

-190

-245

-155

-155




Toelichting financiële mutaties

Autonome ontwikkelingen: mutaties groter dan € 50.000 (uitgebreid toelichten per volgnummer)

Volgnummer

Toelichting

AG2

Er zijn in Rijnsburg Noord een aantal ontwikkelingen die ervoor zorgen dat het noodzakelijk is om na te denken over de toekomst van dit gebied. Dat doen we in goed overleg met de glastuinbouwers in Rijnsburg, de andere ondernemers en inwoners van het gebied en andere belanghebbenden. In januari 2024 is de programmamanager voor Rijnsburg Noord gestart. Voor de inzet van deze programmamanager is indertijd een budget vastgesteld.

Voor de daadwerkelijke invulling van het programma is destijds gewacht op de programmamanager. Inmiddels is een beter beeld ontstaan bij de uit te voeren werkzaamheden. Deze werkzaamheden worden middels dit mutatieverzoek gebudgetteerd. Deze mutatie omvat het participatietraject, de herijking van het Ontwikkelkader en Uitvoeringsprogramma Rijnsburg Noord (2016), de uitvoering van ondersteunende onderzoeken en de inzet van het samengestelde programmateam.


Autonome ontwikkelingen: mutaties kleiner dan € 50.000 (beknopt toelichten per volgnummer)

Volgnummer

Toelichting

AK1

De wijziging van de Huisvestingswet 2014 per 1 januari 2024 geeft ons meer ruimte om betaalbare woningen toe te wijzen aan specifieke woningzoekenden. Zo kunnen we straks bij 50% van de betaalbare huurwoningen en nieuwbouw koopwoningen voorrang geven aan mensen met een lokale binding en kunnen we om de leefbaarheid in de wijken te versterken bepaalde cruciale beroepsgroepen , zoals leraren, verpleegkundigen en politieagenten, helpen bij het vinden van een woning. Dit vraagt om onderbouwend onderzoek en uitwerking in beleid en een verordening.

AK2

Met de taken die voor de uitvoering van de Wet Goed Verhuurderschap bij de gemeente zijn belegd, moet een extern huurteam de huurder vertegenwoordigen en worden ingezet in gesprekken met huurcommissie en verhuurders. Afhankelijk van het aantal meldingen zal duidelijk worden welke inzet in komende jaren nodig is.

AK3

Onder de Omgevingswet zijn welstands- en erfgoedadvies samengebracht in de Adviescommissie Ruimtelijke Kwaliteit. Om deze commissie van een actueel en eenduidig kader te voorzien wordt de welstandsnota geactualiseerd en samengebracht met erfgoedbeleid. Met dit document krijgen initiatiefnemers één helder kwaliteitskader voor de ontwikkeling van hun bouwplannen. De welstandstoetsing is onder de Omgevingswet geregeld in het omgevingsplan. Daarom is het van belang dat actualisering gelijk op gaat met de ontwikkeling van het omgevingsplan.

AK4

We hebben afgesproken dat eens per vier jaar een foto van de leefomgeving wordt gemaakt. Die foto kan ook worden gebruikt om de effecten van het gevoerde beleid te monitoren en daarmee de Omgevingsvisie te verrijken of te herijken. Aangezien de vorige foto dateert van 2018 is het noodzakelijk dit in 2025 te doen en op basis daarvan in 2026 eventuele aanpassingen aan de Omgevingsvisie door te voeren. De Omgevingsvisie wordt daarna volgens de vereiste standaarden gepubliceerd.

AK5

De GOM en de gemeente Katwijk zijn in de afgelopen periode tot een concept beëindigingsovereenkomst gekomen voor het project Trappenberg-Kloosterschuur.

De beëindigingsovereenkomst en de daarbij behorende financiële consequenties liggen bij de raad ter besluitvorming. Er zijn onder andere veel ambtelijk uren besteed, extern advies ingewonnen en een externe second opinion gevraagd om tot een gedegen beëindigingsovereenkomst te komen.

AK6

Het project Zanderij fase 9 en 10 zit in de afrondende fase. Door extra (onverwachte) werkzaamheden met betrekking tot het opleveren van de openbare ruimten van fase 9 en 10, de afstemming met diverse raakvlakprojecten, het toetsen van het DO herinrichten bouwstraten zijn er extra plankosten nodig voor 2024.

AK7

Middels de voorjaarsbestuursrapportage 2023 is geld beschikbaar gesteld voor de optimalisatie van het parkeren bij Hof van Rijnsburg. De werkzaamheden zijn nog niet geheel afgerond in 2023. Het niet bestede deel schuift door naar 2024.

AK7

Zie toelichting AK7. Het beschikbaar gestelde bedrag wordt gedekt door een onttrekking uit de reserve parkeren.

AK8

Ingezet wordt op het organiseren van een doorstroomteam, waarbij verhuur- en verkoopmakelaars samenwerken om senioren te faciliteren bij hun verhuizing naar levensloopgeschikte woningen en om bewustwording te kweken bij de doelgroep om hen tijdig na te laten denken over de mogelijkheden om zelfstandig te blijven wonen als men ouder wordt.


Nieuw beleid

Volgnummer

Toelichting

N1

In 2025 werken we aan het opstellen van het onder de Omgevingswet verplicht geworden Volkshuisvestingsprogramma, dat vanaf 2026 de gemeentelijke woonvisie uit de Woningwet (in Katwijk: Woonagenda) zal gaan vervangen. In het Volkshuisvestingsprogramma zal de gemeente op basis van onderzoek naar de actuele woonbehoefte het beleid voor woningbouw en locaties moeten concretiseren. Tevens wordt de visie op Wonen, zorg en welzijn onderdeel van het programma.


N2



Gezien de grote ruimtelijke uitdagingen waar Katwijk voor staat is het maken van ruimtelijke gebiedsvisies een belangrijke stap om te komen tot hoogwaardige en samenhangende ruimtelijke plannen. Hierbij hoort vanzelfsprekend ook participatie.
De ruimtelijke strategie die momenteel wordt opgesteld is de basis voor de aanpak van de gebieden. De gebiedsvisies zorgen voor een concretisering van de omgevingsvisie en dienen als onderlegger voor het omgevingsplan.
Per jaar kunnen 1 of 2 gebiedsvisies worden opgepakt. Per gebied zal de opgave verschillen en daarmee de inzet en duur van het planproces. De gebiedsvisies moeten resulteren in concrete projecten ter uitvoering van de visie.