Wat mag het kosten?

1

Uitvoering aanpak armoede

L

-80

2

Implementatiekosten applicatie SD

L

261

3

Buig

B

-180

60

100

100

Buig

L

-321

-361

-361

4

Jongeren Perspectief Fonds

L

40

90

90

5

Uitvoering Minimabeleid

L

280

280

280

6

Gewijzigde verdeling personeelslasten

L

-255

1

Uitvoering aanpak armoede: In 2024 liep de Uitvoeringsagenda Armoede 2021-2024 af. De dekking van de Uitvoeringsagenda Armoede 2025-2028 (€ 200.000 per jaar) valt onder de noemer Uitvoering minimabeleid. Omdat in 2025 t.o.v. 2024 ongeveer € 30.000 meer begroot is en € 50.000 minder overgeheveld wordt, is per saldo het budget in 2025 ongeveer € 80.000 hoger dan in 2024. Dit is een negatief verschil in 2025 t.o.v. 2024.

2

Implementatie applicatie SD: door uitloop in werkzaamheden is een deel van het implementatiebudget opgenomen in 2024. Deze extra middelen vervallen in 2025. De lagere lasten in 2025 leiden tot een positief verschil t.o.v. 2024.

3

Buig - Baten -Door de meevaller op het BUIG-budget in 2024 als gevolg van het verdeelmodel is er voor komende jaren in plaats van een structureel tekort op de BUIG een structurele plus geboekt. In de Voorjaarsnota 2024 zijn de mutaties voor zowel de baten als de lasten verwerkt. Voor de baten betekent dit een budgetverlaging van € 180.000 in 2025. De lagere baten leiden tot een negatief verschil in 2025 t.o.v. 2024. Voor de baten meerjarig betekent dit een budgetverhoging van € 60.000 in 2026 en € 100.000 voor 2027 en 2028. Dit zijn positieve afwijkingen, hogere baten in deze jaren t.a.v. 2025. De verwachting is dat het verdeelmodel ongewijzigd gunstig voor Katwijk blijft en dat de uitgaven in de BUIG in de pas blijven lopen met inkomsten uit het landelijk model.

Voor de lasten betekent dit een budgetverhoging van € 321.000 in 2026 en € 361.000 voor 2027 en 2028. De hogere lasten in deze jaren leiden tot een negatief verschil t.o.v. 2025.

4

Jongeren Perspectief Fonds: Het JPF heeft een looptijd tot 31 december 2026. Het budget loopt vanaf 2026 af met € 40.000 en vanaf 2027 en 2028 met € 90.000 af t.o.v. 2025. Dit leidt tot positieve verschillen in deze jaren.

5

Uitvoering Minimabeleid: In het kader van het Winterplan 2022/2023 is de inkomensgrens voor minimaregelingen verhoogd van 120% naar 130% van het sociaal minimum. Deze verhoging voor de extra uitgaven voor de Doe Mee regeling loopt tot en met 2025. Vanaf 2026 is het budget a.g.v. € 120.000 lager. In 2025 moet besluitvorming plaatsvinden over de inkomensgrens voor de minimaregelingen vanaf 2026.
Daarnaast zijn vanuit de kadernota 2024 middelen beschikbaar gesteld om de doelgroep van de regelingen Jeugdfonds Sport & Cultuur en Stichting Leergeld in de jaren 2024 en 2025 blijvend te verruimen tot 130% van het sociaal minimum. In 2026 en verder is daarom het budget € 160.000 lager dan in 2025 wat aanvragen tot boven het beschikbare budget met zich mee zou kunnen brengen. In 2025 worden het bereik en de maatschappelijke effecten geëvalueerd. Op basis van deze evaluatie worden de maatregelen voor de opvolgende jaren financieel doorberekend. Gezamenlijk heeft dit een positief effect op de exploitatie van € 280.000 vanaf het jaar 2026 en verder t.o.v. 2025.

6

Gewijzigde verdeling personeelslasten: Als gevolg van een gewijzigde verdeling van personeelslasten over de deelprogramma's is sprake van een aanpassing van de begroting. Dit leidt in 2025 tot een negatief verschil t.o.v. 2024.

1

Algemene reserve

O

94

51

1

Algemene reserve: in 2025 en 2026 worden bedragen onttrokken ten behoeve van de trajectbegeleiding jongerenperspectieffonds.